• Nederland
  • Podium

De Melkweg Amsterdam is innovatief in haar verduurzamingsslag

De Melkweg is als culturele instelling een voorloper op het gebied van Duurzaamheid. Zo’n tien jaar geleden zetten zij de eerste stappen in het verduurzamen van hun historische gebouw. Afgelopen jaren hebben zij hard gewerkt om hun ecologische voetafdruk te minimaliseren: zo zijn ze van energielabel G naar energielabel A gegaan. We gingen op bezoek bij gebouwbeheerder Theo de Laat die het traject al jarenlang op de voet volgt en alle maatregelen zelf doorvoert.

De meeste impact heeft de Melkweg gemaakt door over te stappen op ledverlichting. De eerst ledlamp werd acht jaar geleden in het plafond gedraaid. Momenteel heeft de Melkweg al 50% led in theaterverlichting, 95% in de huisverlichting en maar liefst 100% in de buiten-en noodverlichting. Deze maatregel spaart het podium enorm veel energie, tijd én geld. De lampen die er eerst hingen, genereerden veel warmte en moesten afgevoerd en gekoeld worden. Dat laatste hoeft nog nauwelijks en levert een grote winst op voor de Melkweg. Toch ging het doorvoeren van deze maatregel niet altijd zonder slag en stoot. Zo vertelt Theo: “Aan het begin waren de lichttechnici er heel huiverig voor. Het liet zich eerst nog niet zo mooi uitlichten. Maar de ontwikkeling in de lampenindustrie is enorm snel gegaan. Elk jaar werden ze beter. Ze zijn nu zelfs zo goed dat ze het professionele licht kunnen evenaren!”

In het verdere verduurzamingstraject van De Melkweg schakelde Theo de hulp in van De Groene Grachten om te sparren over diverse duurzame mogelijkheden waaronder de luchtbehandelingskast. Hierbij is gekeken wat in een cultureel historisch pand zoals de Melkweg mogelijk is, wat het kost, maar ook vooral wat het oplevert.

De nieuwe luchtbehandelingskast is een goed voorbeeld van efficiënt omgaan met energie. Zo heeft Theo in het horecahok, waar allerlei machines zoals ijsblokjesmachines en koelkasten warmte het hok in blazen, een systeem toegepast waarmee die warme lucht wordt verplaatst naar de kleedkamers: ”Het is in het horecahok bloedheet. De warme lucht wordt opgezogen, gefilterd en in de koude periodes in de kleedkamers geblazen. De kleedkamers hebben op deze manier in principe geen verwarming meer nodig. En in de zomer wordt de hete lucht uit het horecahok afgevoerd.”

Als we vragen naar de maatregel die de meeste energie bespaart dan noemt Theo vol trots de waterloze urinoirs. Deze besparen namelijk 1,4 miljoen liter schoondrinkwater op jaarbasis. Maar ook de waterbesparende kranen zijn een goede investering geweest: “De kranen gaan nu zo’n 20 seconden aan en dan stoppen ze. In het verleden gebeurde het wel eens dat een kraan een hele nacht had open gestaan. Dat was zo enorm zonde.”

Tijd en geld besparen, zijn niet de enige motieven om te verduurzamen. Op de vraag wat  er goed en minder goed werkt, antwoordt Theo dat over het algemeen elke bijdrage, al is het nog zo klein, goed is gegaan: “Sommige investeringen haal je er misschien niet uit, maar de investering is dan gewoon dat het beter is voor de aarde. Als je daaraan denkt, is alles wat je doet meegenomen. Als is het nog zo klein. Een peuk in de afvalbak gooien is al pure winst.”

Maar hoe pak je nou als culturele instelling nou zo’n verduurzamingproject aan? Het verduurzamen van het gebouw is mede dankzij hun huisbaas gekomen: de gemeente Amsterdam. Zij waren gelijk enthousiast over de plannen, dachten actief mee in het verduurzamen en hebben in het pand geïnvesteerd. Zo hebben zij de luchtbehandelingskasten gefinancierd. Voor de grotere ingrepen benaderden Theo leveranciers en bedrijven zoals De Groene Grachten die hem hielpen bij het oplossen van verschillende duurzame vraagstukken.

Naast de grotere projecten heeft Theo ook gekeken naar kleinere projecten die hij zelf kan doen zoals het scheiden van afval en batterijen die maar voor een deel gebruikt zijn in microfoons aan het personeel uitdelen. Ook moet je volgens hem een beetje initiatiefrijk zijn. Zo heeft hij zelf zijn eigen roosters gemaakt bij de bijbehorende vetzuigers en de vetput om afval eruit te filteren: “Als we een feestje hebben gehad dan is het zo ongelofelijk smerig: dan liggen er rietjes, peuken, en andere rotzooi. Dat wordt allemaal opgezogen met onze zuigers en normaliter gaat dat allemaal het riool in. Bij ons wordt het afvalwater gefilterd doordat het langs de zelfgemaakt roosters gaat en dan keurig in de vetput wordt afgevoerd. De roosters zijn een investering van niks!”

Verduurzaming stopt voor De Melkweg niet bij het gebouw. Afval is nu de grootste drijfveer: “We willen zo min mogelijk restafval aanbieden. We hebben gewoon zo’n kleine 50.000 kilo afval per jaar. Dat wil ik op zijn minst halveren. Absoluut.”

Wat geeft Theo als ervaringsdeskundige aan andere culturele instellingen mee? “Maak een begin. Een begin is een begin. Al is het maar iets heel kleins. Ik heb van grote projecten steeds kleinere porties gemaakt. Ik ben niet in een keer naar de directie gegaan met een enorm bedrag voor mijn huisverlichting. Nee, elke maand deed ik een paar lampjes en dat bouwde ik door de jaren heen op. Ook laat ik niet alleen zien dat het duurzaam is, maar ook dat het energie bespaart en geld oplevert! Zoals de ledlampen: vroeger moesten we om de haverklap lampen vervangen. Nu gaan ze jaren mee. Een verdienmodel is heel belangrijk.”

 

Kaart